Beter golfen
Beter golfen
In de week voorafgaand had Van Hoof al van zich doen spreken door de Twente Cup op zijn naam te schrijven. In de loop der jaren is dat een van de belangrijkste wedstrijden geworden voor golfprofessionals. Daardoor stond de pro van Kennemer en De Haar met veel zelfvertrouwen aan de start in Noordwijk. Aan de hand van drie momenten vertelt hij hoe zijn overwinning tot stand kwam.
Na een geweldige eerste ronde in 66 slagen stond Van Hoof direct bovenaan in het Nederlandse Loterij Nationaal Open. Aan het begin van zijn tweede ronde maakte hij echter een dubbel bogey. “Ik schrok, maar dat soort dingen kan gebeuren”, zegt Van Hoof. “Ik baalde wel natuurlijk, want een van de doelen vooraf was om de dubbel bogeys van de kaart te houden. Het waaide ook best hard dus dan wil je dat soort slagen helemaal niet weggeven. Ik sloeg mijn wedge net te veel links op de heuvel en daarna mislukte mijn chip. Vervolgens chipte ik de bal naar de vlag en miste de bogeyputt.”
Ik probeer het meer in oplossingen te zoeken. De techniek hoeft niet perfect te zijn, het moet werken
Desondanks ging die misser niet in het hoofd zitten van de 39-jarige professional. “De holes daarna pakte ik het best goed op. Ik kon het een plekje geven en het was een kwestie van je ding blijven doen. Sowieso was ik mentaal sterk. Het is niet zo dat ik het beste golf uit mijn leven speel. Mijn mindset is simpelweg beter. Ik probeer het meer in oplossingen te zoeken. De techniek hoeft niet perfect te zijn, het moet werken.”
Philip Bootsma begon de vierde en laatste ronde als leider op de Noordwijkse. Van Hoof volgde op één slag en samen zaten ze in de laatste flight. Op de verhoogde teebox van hole 1 zag de Hoofddorper dat de wind tegen was. Hij besloot om zijn driver uit de tas te pakken, terwijl Bootsma een ijzer afsloeg op de 353 meter lange par 4. “Ik was zenuwachtig en de wind ging de heel andere kant op dan de voorgaande dagen. Ik sloeg zo'n goede bal, waardoor de zenuwen meteen weg waren”, vertelt Van Hoof.
Maar hoe kwam hij tot zo’n goede bal met de wind in zijn gezicht? Ten eerste: de bal lager opteeën. De bal gaat daardoor minder hoog, waardoor je een strakke balvlucht krijgt. Ten tweede besloot Van Hoof om de club iets korter vast te pakken. Daardoor heb je meer controle over je swing en opnieuw zorgt dat voor een iets lagere balvlucht. Als derde haalde hij iets van zijn swingsnelheid af. Ook door rustiger te swingen zal de bal lager blijven, omdat de spin dan lager is.
In onderstaande instructie wordt uitgelegd hoe je een lage approach slaat. Het enige verschil met de lage drive van Jan-Willem van Hoof is de balpositie. Die blijft bij de driver bij de linkerhak.
Het zelfvertrouwen van Van Hoof nam alleen maar toe in de laatste ronde, want na 14 holes was hij vijf onder par voor de dag. Daarmee had hij de achterstand omgebogen in een voorsprong van zes slagen. Na een bogey op 15 en een dubbel bogey op 16 werd het toch nog even spannend. Van Hoof kon het goed accepteren en stapte met drie slagen voorsprong de tee van 18 op.
“Ik wist dat ik met mijn afslag niet zo veel risico moest nemen. De bal eindigde een beetje rechts, maar dat was prima. Op dat moment wist ik wat de stand van zaken was. Met een voorsprong van drie slagen moest een bogey in principe genoeg zijn. Toen heb ik besloten om mijn ijzer links voor de green te slaan. Aan de rechterkant kun je zomaar kansloos liggen en een dubbel bogey maken. Met een birdie van Bootsma zouden we dan nog een play-off moeten spelen. Met deze slag vóór de green haalde ik ook direct de out of bounds uit het spel. Vanaf de plek waar ik lag kon ik de bal de green op putten en toen had ik aan twee putts voldoende. Qua uitspelen was ik blij hoe ik dat deed.”
Van Hoof geeft dus aan dat course management heel belangrijk is. Sla die bal niet zonder nadenken richting de vlag, maar neem goed in je op waar het gevaar is en waar je de bal (eventueel) kunt missen. Meestal is er voorbij de vlag minder gevaar dan aan de voorkant van de green, maar dat verschilt natuurlijk per hole.
