Nieuws

'Hoe markeer je je bal op de green?'

In de rubriek 'Stel je regelvraag' geven we antwoord op vragen over de golfregels en het handicapsysteem. In deze aflevering gaat het over het ontwijken van een hole op de wintergreen, het markeren van je bal op de green en wat moet je doen als je bal in een beluchtingsgaatje ligt?

Berend: “Laatst sloeg ik mijn tweede bal op de wintergreen die niet in gebruik was. De hole op die wintergreen lag precies in de lijn die ik moest/wilde spelen naar de vlag op de zomergreen waar ik naartoe moest. Ik wilde eigenlijk putten, maar ik heb gekozen om te chippen. Had ik die hole mogen ontwijken zonder straf?”

Nee, de regels staan niet toe om in deze situatie de hole van de wintergreen zonder straf te ontwijken. Uitsluitend wanneer je bal op de green ligt mag je een vast obstakel (abnormale baanomstandigheid) op je speellijn ontwijken (zie regel 16.1a(1)).

Er bestaat wel een mogelijkheid om een plaatselijke regel in te voeren waarbij een vast obstakel op de speellijn, binnen twee clublengten van de green en binnen twee clublengten van de bal mag worden ontweken (plaatselijke regel F-5). Deze regel is met name bedoeld om het mogelijk te maken om van vlak buiten de green te putten en daarbij bijvoorbeeld een sprinkler op de speellijn te ontwijken.

De beschreven situatie waarbij de hole van de wintergreen zich op de speellijn bevindt, zal normaal gesproken niet voldoen aan de criteria van deze plaatselijke regel (niet binnen twee clublengten van de green). Dus ook als deze plaatselijke regel van kracht was, zou ontwijken zonder straf volgens deze plaatselijke regel ook niet mogelijk zijn geweest.

Nog een andere mogelijkheid is dat de tijdelijke (winter)greens gedefinieerd worden als verboden speelgebieden volgens plaatselijke regel E-8. Als dit het geval is, dient de speler de tijdelijke green volledig te ontwijken en moet hij het dichtstbijzijnde punt zonder enige belemmering bepalen. De speler moet dan een bal droppen binnen de dropzone van één clublengte, niet dichter naar de hole en de dropzone moet in het algemene gebied zijn.

Wedge op de green

Noud: “Mag je op de green alleen de putter gebruiken of is die keuze aan de speler zelf? Als alles toegestaan is, mag dan alleen een putbeweging gemaakt worden? Als het allemaal mag, en iemand slaat een plag uit de green, staat daar een straf op of is dit alleen een gedragsregel?”

Zolang het een club betreft die voldoet aan de eisen van de equipmentregels mag elke club worden gebruikt op de green. De definitie van een slag is de voorwaartse beweging van de club om de bal te slaan. En bij het doen van die slag mag er slechts kort contact zijn tussen club en bal, dus een speler mag niet duwen, schuiven of lepelen (regel 10.1a). Hoe hoog een backswing mag zijn of welke club iemand moet gebruiken gaat tegen de golfregels in. Een plaatselijke regel of gedragsregel kun je dan ook niet opleggen.

Marcel: “Wanneer mag je de vlag uit de hole halen? Mag dat pas als je bal op de green ligt of mag dat te allen tijde?”

Regel 13.2b (1) geeft aan dat een speler een slag mag doen met de vlaggenstok weggenomen uit de hole en is van toepassing voor een bal gespeeld van elke plek op de baan, ongeacht of dit op de green of erbuiten is. Je mag dus altijd de vlag eruit halen.

Vlaggenstok weghalen Asia-Pacific

Ric: “Bij iedere golfbaan vindt regelmatig onderhoud plaats. Dit doet men onder meer door beluchtingsgaatjes te prikken.
a) Mag een bal op de fairway die in een prikgaatje ligt verplaatst worden?
b) Mag een bal op de green die in een prikgaatje ligt verplaatst worden?
c) En als de bal op een green zo dicht bij een gaatje ligt, dat dit bijna zeker invloed zal hebben op de rollijn?”


Beluchtingsgaten vallen volgens de definitie van ‘grond in bewerking’ niet onder de gaten die gemaakt zijn door het baanpersoneel. Dit wil zeggen dat je deze gaten niet zonder straf mag ontwijken, tenzij er een plaatselijke regel is gemaakt die dit wel toestaat (plaatselijke regel E-4).

Voorbeeld plaatselijke regel E-4
Als de bal van een speler in of tegen een beluchtingsgat ligt:

a. Bal in het algemene gebied. De speler mag deze belemmering ontwijken volgens regel 16-1b. Als de bal tot stilstand komt in een ander beluchtingsgat, dan mag de speler deze opnieuw volgens deze plaatselijke regel ontwijken.
b. Bal op de green. De speler mag de belemmering ontwijken volgens regel 16-1d.

Ruud: “Ik heb de gewoonte om mijn marker op de green ongeveer 10 millimeter achter de bal af te plaatsen om zeker te zijn dat mijn bal niet verrolt. Ik kreeg daarom als opmerking dat de marker tegen de bal geplaatst moet worden. Wat zeggen de regels daarover?”

Regel 14.1 zegt dat de marker direct achter de bal moet worden geplaatst. Dit betekent dat de marker niet één centimeter achter de bal mag worden geplaatst. Wanneer je dit wel doet, markeer je dus niet op de goede manier en krijg je hiervoor een strafslag.

Overigens is het geen probleem als je de bal beweegt bij het markeren, regel 13.1d(1) zegt namelijk dat je hiervoor geen straf krijgt. Als je de bal bij het markeren beweegt, dan moet je de oorspronkelijke plek van de bal markeren met een balmarker. Wanneer je de bal zou bewegen bij het weghalen van de marker, dan moet je de bal op de oorspronkelijke plek terugplaatsen zonder straf.

In deze aflevering zijn de vragen beantwoord door Walter Haandrikman (voorzitter van de Regel- en Handicapcommissie van de NGF) en Marjon Thijssen (NGF Regels en Handicap). Er komen veel regelvragen binnen. Vragen die nu niet beantwoord zijn, behandelen we in een van de volgende afleveringen van deze rubriek.

Heb je ook een regelvraag?

GOLF.NL beantwoordt jouw regelvragen. Heb je een vraag? Stuur een mail naar regelvraag@golf.nl of een bericht via social media (Twitter, Facebook, Instagram). Stuur als het kan ook een foto mee van de regelsituatie!
Lees meer over
Golfregels