'Zijn er regels voor het bepalen van een pinpositie?'

Martien: “Ik wil graag weten of een hole gestoken moet zijn op een recht deel van de green. Als ik wedstrijden volg op televisie zie ik vaak dat de directe omgeving rondom de holes niet gelijk is. Zijn er regels voor?”

Er zijn richtlijnen voor clubs wat betreft het bepalen van een positie van de hole:

• Bekijk hoe de hole ontworpen is.
• Er moet genoeg green zijn om de vlag aan te spelen.
• Het liefst is 60 tot 90 centimeter rond de hole vlak.
• Wissel af dat holes soms links, rechts, voor, achter, etc. op de green worden gestoken.
• Plaats de hole afwisselend moeilijk en makkelijk.
• Minimaal 2 meter uit de rand van de green.
• De bal moet tot stilstand kunnen komen bij de hole. De snelheid van de green is daarbij ook van belang.

Alexander: “Mijn bal ligt geplugd boven de bunker. Als ik drop zal mijn bal naar beneden rollen de bunker in. Mag ik dan cirkelen tot waar mijn bal blijft liggen?”

Als een bal geplugd ligt in de bunkerwand, dan ligt deze niet in de bunker. De bal ligt dan in het algemene gebied. Je moet dan het dichtstbijzijnde punt (referentiepunt) bepalen en dit referentiepunt voor de dropzone moet achter de bal liggen en mag niet dichter bij de hole liggen (daarvoor trek je een cirkel vanaf de hole) volgens regel 16.3b. Je hebt dan meestal een klein taartpuntje in de bunkerwand waarin je de bal kunt droppen.

Als het punt direct achter de bal niet in het algemene gebied is, moet de speler het dichtstbijzijnde punt vinden in het algemene gebied, niet dichter bij de hole en dat punt als referentiepunt gebruiken.

Peter: “Ik sla mijn drive rechts van de fairway tussen de struiken. Ik sla vervolgens een provisionele bal midden op de fairway. Aangekomen bij de eerste bal blijkt dat die onspeelbaar is. Mag ik, op basis van de procedure van slag en afstand (regel 14.6), mijn provisionele bal als bal in het spel verklaren?”

Nee. Het vinden van de oorspronkelijke bal en dan toch doorgaan met de provisionele bal, is een veelgemaakte fout. Zodra je dat doet, speel je namelijk een verkeerde bal.

Op het moment dat je binnen 3 minuten zoeken je eerste bal vindt, is volgens de regels de provisionele bal niet meer in het spel (zie Regel 18.3c(3)). Je zult dan dus verder moeten spelen met je eerste bal. Als deze dan onspeelbaar blijkt te liggen, zul je de regel van de onspeelbare bal moeten toepassen.

Elly: “Een van onze dames zet tijdens haar puttingroutine haar putter voor de bal, dus tussen de bal en de hole, om op te lijnen. Voor mijn gevoel heb je dan de puttinglijn aangeraakt, getest of mogelijk enige onregelmatigheid weggedrukt. Mag dat?”

Regel 10.2b(2) staat toe dat de speler de speellijn mag aanraken op de green, ook met de putter (iets dat de speler vasthoudt). In de door jou geschetste situatie handelt de speler conform deze regel en is en geen sprake van testen of verbeteren van de speellijn. Er is ook geen sprake van overtreding van regel 8.1.a (Handelingen die niet zijn toegestaan).

In deze aflevering zijn de vragen beantwoord door Marjon Thijssen (NGF Regels en Handicap) en Robert Hage (NGF Regels en Handicap). Er komen veel regelvragen binnen. Vragen die nu niet beantwoord zijn, behandelen we in een van de volgende afleveringen van deze rubriek.