Nieuws

'Wat moet ik doen als mijn marker en ik het niet eens worden over mijn score?'

In de rubriek 'Stel je regelvraag' geven we antwoord op vragen over de golfregels en het handicapsysteem. In deze aflevering gaat het over droppen op een schuine helling bij een hindernis, waar een balmarker aan moet voldoen en onenigheid over de score op de scorekaart.
Beeld: Shutterstock

Beeld: Shutterstock

Ed: "Bij een rode hindernis mag je droppen binnen twee stoklengtes. Stel dat de hindernis een schuine kant heeft en ik met twee stoklengtes gemeten over de grond nog in de schuine helling zou liggen, maar buiten de hindernis. Met twee stoklengtes horizontaal gemeten lig ik op een vlak stuk dat ook uitkomt buiten de hindernis. Mag ik die laatste optie gebruiken?"

Nee, dat mag niet. Bij het bepalen van de afmeting van de dropzone moet je de natuurlijke ondulaties volgen, je mag dus niet horizontaal meten en een bestaande helling negeren. Zie definitie van dropzone.

Carli: "Ik sla mijn bal vanuit de bunker out of bounds. Moet ik de bal dan droppen met één strafslag in diezelfde bunker of kan ik ook kiezen om bij het punt waar de bal buiten de baan ging te droppen met bijtelling van twee strafslagen?"

Wanneer de bal buiten de baan wordt gespeeld geven de Golfregels standaard alleen de optie om opnieuw een bal te spelen van de plek waar de vorige slag is gedaan (Regel 18.2). In dit geval betekent dat dus droppen in de bunker met bijtelling van één strafslag.

Uitsluitend als Plaatselijke Regel E-5 van toepassing is, is het mogelijk om met bijtelling van twee strafslagen een bal te droppen op de fairway waarbij de plek waar de bal de grens van de baan heeft gekruist bepaalt waar de dropzone is. Zonder dat deze Plaatselijke Regel op de betreffende hole van toepassing is verklaard is dat dus niet toegestaan.

Cobie: "Ik kan mij soms storen als mensen een grote munt, pitchvork of tee gebruiken om te markeren. Mag dat eigenlijk wel?"

In de definitie wordt een balmarker omschreven als een kunstmatig voorwerp dat wordt gebruikt om de plek van de bal te markeren, zoals een tee, een muntje, een voorwerp dat als balmarker is gemaakt of een ander klein stuk uitrusting. Een pitchvork, tee of grote munt is dus toegestaan. Regel 14.1.a voegt daar nog aan toe dat een speler ook een club achter de bal op de grond mag zetten direct achter of naast de bal.

Ed: "De score die mijn marker (op mijn kaart) heeft genoteerd klopt in mijn ogen niet. Ik kan hem echter niet overtuigen van mijn gelijk. Het wordt een welles-nietesdiscussie. Ongetwijfeld moet dan de wedstrijdleider of een aangewezen persoon ingeschakeld worden. Wie krijgt gelijk?"

De speler is volgens Regel 3.3b(2) verantwoordelijk voor het controleren van de holescores en het ondertekenen van zijn scorekaart door hemzelf en zijn marker. Als de marker het niet eens is met de speler, moet de commissie (wedstrijdleiding) alle beschikbare informatie gebruiken om de juiste score van de speler te bepalen (Regel 3.3b(1)).

In deze aflevering zijn de vragen beantwoord door Walter Haandrikman (voorzitter van de Regel- en Handicapcommissie van de NGF) en Robert Hage (NGF Regels en Handicap). Er komen veel regelvragen binnen. Vragen die nu niet beantwoord zijn, behandelen we in een van de volgende afleveringen van deze rubriek.

Heb je ook een regelvraag?

GOLF.NL beantwoordt jouw regelvragen. Heb je een vraag? Stuur een mail naar regelvraag@golf.nl of een bericht via social media (Twitter, Facebook, Instagram). Stuur als het kan ook een foto mee van de regelsituatie!
Lees meer over
Golfregels