Equipment

Sietse neemt zijn moeder mee naar de clubfitter, en dat pakt verrassend uit: 'Geen nieuwe, maar juist mínder clubs'

Golfen met veertien clubs? Nergens voor nodig. Redacteur Sietse Herrema nam zijn moeder mee naar clubfitter Theo Erben, en leerde daar dat meer juist minder is.

Thuis bij mijn ouders is golf een vast gespreksonderwerp aan de eettafel. Mijn vader shopt graag tweedehands online en rommelt graag aan als het gaat om de inhoud van zijn tas. Mijn moeder en ik maken daar weleens grapjes over als er weer een doos binnenkomt met een nieuwe driver of hybride.

Mijn moeder is een ander verhaal. Ze is inmiddels 75 en staat in tegenstelling tot mijn vader wél open voor clubfitting. Dus nam ik haar mee naar Theo Erben, een clubfitter in Nieuwegein bij wie ik al vaker ben geweest voor artikelen en een podcast.

Clubfitter Theo Erben

"Dus hiermee speel je handicap 19?", vraagt Theo in zijn fittingruimte aan huis in Nieuwegein. Terwijl mijn moeder haar golfschoenen aantrekt, inspecteert hij haar tas met 13 clubs. Hij meet haar op: 32,5 inch van pols tot vloer. Heel symmetrisch, want er zit geen lengteverschil tussen links en rechts. Qua afmetingen is een driver van 43 inch en een ijzer-5 van 37,5 inch ideaal, en dat klopt aardig met haar huidige set.

Mijn moeder heeft, net als ik, lange, dunne vingers en midsize grips zijn voor haar een must - best ongebruikelijk voor een vrouw van 1.68 meter. Maar wat nog meer opvalt, is de inhoud van haar tas: naast een driver en een hybride heeft ze heel veel fairwaywoods.

Als ze een aantal ballen heeft geslagen, bevestigen de data een klassiek probleem: golfers met een lage swingsnelheid genereren minder balsnelheid, waardoor de afstandsverschillen tussen clubs vervagen. Daardoor zijn sommige clubs overbodig en zorgen ze eerder voor verwarring dan voor variatie. Bij mijn moeder is dat niet anders: haar houten-3, houten-5 en hybride-4 doen nagenoeg hetzelfde.

Lievelingsclub

Haar lievelingsclub is de houten-3 uit 2005, maar de data laten zien dat ze met de houten-5 constanter en verder slaat door de lucht (wat handig is als je over hindernissen heen moet). "Als ik die kwijtraak, ben ik heel verdrietig", zegt ze. Toch wordt de houten-3 geparkeerd. "Het zit dus tussen mijn oren", concludeert mijn moeder als blijkt dat haar mishits met de houten-5 veel beter zijn dan met de houten-3. "Totaal", antwoordt Theo droogjes.

Voor veel golfers zou een hybride met die loft makkelijker te raken zijn, maar mijn moeder raakt haar lange clubs verrassend goed

De loft van de houten-5 (22 graden) is vergelijkbaar met die van een houten-7. Voor veel golfers zou een hybride met die loft makkelijker te raken zijn, maar mijn moeder raakt haar lange clubs verrassend goed. "Niks meer aan doen", zegt Theo. Haar techniek maakt namelijk dat een langere club haar beter past dan een hybride, wat tegen de standaardregels ingaat. "Jij bent de uitzondering", concludeert de clubfitter.

Techniek en verrassingen

Naast haar clubs kijkt Theo ook naar haar techniek. Met de fairwaywoods is haar angle of attack prima, maar bij haar ijzers is die verkeerd: te vroeg contact met de grond, wat resulteert in een topper of een ‘vette’ bal. Met een paar tips van Theo begint het kwartje te vallen. "Ah, nu begrijp ik het. Het is dus helaas de techniek", zegt ze lachend.

Theo is resoluut: de houten-3 en hybride-4 kunnen uit de tas. De houten-9 heeft een goede gap tot de ijzer-6, waardoor de ijzer-5 overbodig wordt. Daarnaast zijn er nog meer opvallende loftverschillen: haar ijzer-8 heeft 38 graden loft, terwijl de ijzer-7 op 35 graden zit - een klein verschil. Toch blijft de ijzer-7, omdat ze die graag gebruikt voor langere chips.

Een golfles zou meer effect hebben dan een nieuwe driver

De wedges zijn juist het tegenovergestelde: haar sandwedge heeft 56 graden, haar pitchingwedge 45. Daar zouden eigenlijk gelijke stappen tussen moeten zitten, maar omdat ze veel gevoel heeft bij het korte spel heeft dat geen prioriteit. Bij de kortere clubs worden de afstandsverschillen (door het verschil in loft) wel beter zichtbaar. 

Vaak een slice

"Ik wil zo graag met mijn driver weer mijn oude lengte terugkrijgen. Dan moet ik dus ook meer van binnen naar buiten slaan?", vraagt mijn moeder. "Ja, want dan is de energieoverdracht efficiënter en wordt die slice ook minder", zegt Theo. Een fitting kan niet alles oplossen, dat is wel duidelijk. Haar schouders staan te veel naar links opgelijnd, en daardoor komt er vaak een slice uit.

Theo laat haar wel een nieuwe driver met meer loft proberen, maar dat levert geen extra afstand op. Meer loft zorgt meestal voor meer spin, en haar spin zat al rond de 3.500 rpm en dat is te hoog voor een driver. Een golfles zou kortom meer effect hebben dan een nieuwe driver.

Dan is het tijd voor de putter. Na wat meetwerk krijgt die een dikkere grip en wordt een inch ingekort.

Foto: de nieuwe set zonder houten-3, hybride-4, ijzer-5, ijzer-9.

'Kunnen we dit ook thuis doen?' 

"Wat vreemd, ik kom bij een clubfitter en in plaats van nieuwe clubs, krijg ik er juist minder!" Met een paar nieuwe midsize grips vertrekt ze tevreden, maar toch een tikkeltje teleurgesteld. "Ik had stiekem gehoopt op een nieuwe driver of een andere club", bekent ze. Ik glimlach en leg uit dat dat nog steeds een optie is, maar dat haar ‘probleem’ daarmee niet verdwijnt. Het antwoord ligt niet in het materiaal, maar in haar techniek.

Op de terugweg vraagt mijn moeder - die tijdens de sessie wel vijf keer riep dat dit "zo leuk is": "Kunnen we dit niet thuis doen, zo’n scherm met een net?" Misschien helpt dát haar handicap nog sneller te verlagen dan een nieuwe driver...

Lees meer over
Equipment