Beeld: Bert van der Toorn
Equipment

Drie experts over clubfitting en golfclubs op maat

Beeld: Bert van der Toorn
De een loopt een golfwinkel naar binnen en komt er met een nieuwe set weer uit, de ander laat een clubfitter eindeloos sleutelen aan de optimale club op maat. Hoe noodzakelijk is clubfitting? De experts zijn het erover eens: een gefitte club verhoogt het spelplezier.

“Nederland heeft, denk ik, de grootste dichtheid ter wereld als het gaat om clubfitters.” Het zijn de woorden van clubfitter Theo Erben, die niet alleen clubs aanmeet, maar ze ook zelf bouwt. De oud-piloot en vlieginstructeur werkt in zijn eigen studio aan huis in Nieuwegein. Naast clubfitting voor de amateurgolfer − van elk niveau − werkt Erben met bijna alle Nederlandse topspelers. Hij verzorgde jarenlang de clubs van Robert-Jan Derksen. “De materiaalsponsor van Robert-Jan stuurde mij de onderdelen en ik bouwde de club. Dat een merk dat doet, is uitzonderlijk. Ik werk zelf het liefst met losse onderdelen. In mijn ogen is het de enige echte manier van fitten. Eerst de golfer opmeten en vervolgens de clubs maken.”

Fitting- én swingadvies

Struikelend over alle apparatuur in zijn studio is duidelijk dat Erben niets aan het toeval overlaat. “Maar ik kan en wil niet iedereen bedienen,” zegt Erben. “Als je niet naar een onafhankelijke fitter gaat, zijn er twee opties: een shop van een grote keten of via je pro. Ik ben van mening dat je met je pro de meest persoonlijke langetermijnband hebt. De kans op kwaliteit is dan groter.”

“Fitten is de tas begrijpen, het spel van de golfer begrijpen,” zegt Menno Pelk, senior fitting consultant en verantwoordelijk voor het opleidingsniveau van alle clubfitters bij de grote keten Jumbo Golfwereld. Pelk is zelf PGA-professional en probeert de teaching-professionals actief bij de winkels te betrekken. “Als je voor een fitting komt, vragen we altijd of en bij wie je lest.”

De combinatie van fitting- én swingadvies is voor Tim Nijenhuis - tegenwoordig ook NGF coach - vanzelfsprekend. Nijenhuis volgde zijn clubfittingopleiding in Engeland, bij het bekende Golfsmith. “Terug in Nederland heb ik een bedrijfje opgezet en reed ik met mijn auto naar een tiental golfshops in de omgeving om clubs voor reparatie op te halen. Die bracht ik dan gerepareerd terug. Ik ben de PGA-opleiding gaan doen omdat ik mijn kennis over de golfswing wilde uitbreiden. Het lesgeven en coachen beviel zo goed, dat ik het ben gaan combineren met clubfitting en clubs bouwen.”

Niet op voorraad

Nijenhuis: “Als mensen een nieuwe set willen, raad ik vaak eerst aan om een of twee lessen te nemen. Ik snap niet dat mensen naar een winkel gaan voor advies over een club. Je hebt je eigen pro, vraag het eerst aan hem. Die weet het vaak beter, al moet ik zeggen dat er dankzij trainingen wel steeds beter personeel in de winkels staat. De sets die wij verkopen, wijken vaak af van het standaard materiaal. Voor mij blijft het onbegrijpelijk dat mensen naar een winkel gaan en de deur uitlopen met een club. Hoe kan het dat ze exact die club op voorraad hebben? Er wordt niets bij ons uit het schap verkocht. We hebben wat losse clubs en sets in de shop staan omdat het moet, maar liever zou ik het allemaal weghalen omdat je van tevoren weet dat je die sets bijna niet verkoopt.” 

Erben is kritisch als het gaat om de samenwerking tussen PGA-professional en clubfitter. “Het is belangrijk, maar in de praktijk komt er weinig van terecht. Het komt zelden voor dat ze zeggen: ga eens naar een goede clubfitter kijken.”

De juiste setconfiguratie

Waarom is clubfitting belangrijk? Pelk: “Onder andere om elke golfer met de beste setconfiguratie te laten spelen en de tas met de juiste clubs te vullen. Met juist bedoel ik naast aangemeten ook de setconfiguratie. Welke clubs kunnen we weglaten en welke niet? De belangrijkste vraag voorafgaand aan elke fittingsessie is: wat verwacht je van je nieuwe clubs? Meer lengte, meer precisie, minder blessures? Blessurevrij golfen is gezien de gemiddelde leeftijd in golf een onderwerp dat wij erg belangrijk vinden. We willen golfers zo lang mogelijk gezond en fit in de baan houden en behouden voor de golfsport.”

'Geen wazig verhaal'

“Clubfitting is wat mij betreft het begrijpen en interpreteren van een balvlucht”, stelt opleider Pelk, die sinds 2010 bezig is met het opleiden van gecertificeerde fitters voor alle locaties van Jumbo Golf. “Waarom vliegt de bal zoals die vliegt? We werken met getrainde clubfitters die dagelijks met een Trackman (een launchmonitor voor analyse van balvlucht, red.) werken.” 

Nijenhuis: “Wij gebruiken ook een launchmonitor voor de clubfittingen om de swingeigenschappen in kaart te brengen. Een tijdje geleden was hier op de club een herenteam dat nieuwe sets ijzers wilde. Ze kozen bijna allemaal voor hetzelfde merk, maar niemand had dezelfde clubs in de tas. Een andere shaft, lengte, type clubhoofd of loft. Dat is precies waar het om draait bij fitten.”

Aan de hand van prestaties de beste club bouwen. Erben noemt het performance based clubfitting. “Niet een wazig verhaal waarom iets beter bij je past, maar gewoon zien wat past aan de hand van resultaten,” zegt hij als we een paar ballen hebben geslagen onder het scherpe oog van een highspeedcamera. Op het scherm is direct te zien wat bal én clubhoofd hebben gedaan. “Ik denk dat radarsystemen als Trackman en Flight-scope het einde van hun levenscyclus naderen. Je ziet een verschuiving naar highspeedcamera’s, die steeds goedkoper en beter worden. Een radarsysteem als Trackman of Flightscope meet heel goed wat de bal doet. Aan de hand van de balparameters wordt berekend wat het clubhoofd gedaan zou moeten hebben. Radar werkt prima als je de bal goed raakt, maar als je de bal niet in het midden van het clubblad raakt, trekt het apparaat nog weleens de verkeerde conclusie. De nauwkeurigheid van radarsystemen wordt getest met highspeedcamera’s. Dat zegt voor mij genoeg.”

Fabriekstoleranties

Nijenhuis: “Vroeger mat ik bij de topmerken nog weleens een set door om de lofts en lies te checken. Dat komt nu bijna nooit meer voor. De topmerken brengen heel goede spullen uit, maar je kunt niet zeggen dat het honderd procent op maat gemaakt is. Daarvoor moet je naar een clubbouwer. Ik ben aan het afbouwen met het maken van clubs uit losse onderdelen. Het prijsvoordeel voor de consument is nagenoeg verdwenen. Als iemand echt alles perfect wil, kan ik dat nog steeds bieden met het merk Miura. Dat zijn de beste clubhoofden die er zijn, maar dan ben je voor een hele gebouwde set minstens tweeduizend euro verder.”

Pelk: “Tijdens mijn interne opleiding bij Acushnet zag ik aan de lopende band in de Titleist-fabriek dat de fabriekstoleranties echt marginaal zijn. Natuurlijk gebeurt het in massaproductie wel dat een standaardclub niet helemaal standaard is, maar dat zie je steeds minder.”

Oud spul

“Wat goed is, moet je behouden”, zegt Erben. “Daarom meet ik altijd eerst alles door als mensen met een eigen set komen. Als ik de topmerken zou geloven en tien jaar lang elk jaar een nieuwe driver zou kopen, dan zou ik, als je alle beloftes bij elkaar optelt, vierhonderd meter met mijn driver slaan. Je kunt makkelijk tien jaar met dezelfde clubs. Door de regelgeving is het zo, dat er niet al te veel kan veranderen. Het enige wat je kunt doen, is de club zo bouwen dat ze passen. Voor de rest lijkt het allemaal op elkaar. Aan ijzers is er de afgelopen twintig jaar ook bijzonder weinig veranderd.”

Nijenhuis: “Dat er elk jaar nieuwe drivers uitkomen, is voor een groot deel marketing, maar tussen een driver van acht jaar oud en een nieuwe zit zeker wel verschil. Dan gaat het vooral om de shafts, die steeds beter zijn en op voorraad geleverd kunnen worden. Het is ook een van de redenen dat ik steeds minder clubs zelf bouw.” Wedges zijn bij een actieve golfer volgens Pelk elk jaar aan de beurt. “Voor ijzers denk ik dat ze elke vier jaar aan vervanging toe zijn. Als je er langer dan vier jaar mee speelt, zijn wij ervan overtuigd dat je met nieuw materiaal direct je spel kunt verbeteren.”

Vergeet de putter niet

Clubfitting is volgens Nijenhuis nog belangrijker geworden omdat er steeds meer te kiezen is. “En daar is kennis voor nodig”, zegt hij. “Als ik een driver aan het fitten ben, staat de hele ruimte vol met shafts. Driekwart valt onmiddellijk af, maar dan blijven er nog steeds heel veel opties over. Hoeveel verschillende shafts de topmerken aanbieden, verschilt per merk.” Een andere specialiteit van Nijenhuis is putterfitting. “Er wordt vaak helemaal geen aandacht aan besteed, terwijl het de club is die je in een ronde het meest gebruikt. Het merk ZEN is voor mij de absolute koploper in mogelijkheden om de putter volledig naar wens, stap voor stap, op te bouwen. Putten is als een handtekening, en dus voor iedereen anders. Als je vijf handtekeningen achter elkaar zet, zijn die niet allemaal exact hetzelfde. Door je putter te bouwen naar hoe jij je puttingstroke maakt, is de kans het grootst dat je stroke elke keer hetzelfde is.”

Kosten

Theo Erben: “Een fittingsessie van twee uur kost bij mij 175 euro. Als iemand daarna op basis van de bevindingen een set wil hebben, vervallen die fittingkosten. Zo niet, dan is er afgerekend voor mijn expertise.”

Tim Nijenhuis: “De fittingprijs berekenen we niet als je een set aanschaft.”

Menno Pelk: “Fitting is bij ons altijd gratis.”

Voor beginners

Menno Pelk: “De beginner heeft nog geen vaste balvlucht en moet vooral gefit worden op de juiste lengte, shaft en grip om blessures te voorkomen. Daarnaast zijn goede schoenen, de juiste bal, een handschoen en passende kleding ook belangrijk. Bij een beginner ben ik 20 minuten bezig met clubs en 25 minuten met uitrusting.”

Tim Nijenhuis: “Als je met de verkeerde set begint met golfen, wordt het helemaal niks. De halve sets die wij verkopen bestaan uit vijf ijzers, een houten en een putter voor 230 euro. Dat is te overzien en deze set wordt door ons gefit op lengte, lie en juiste gripmaat.”

Misverstanden

Theo Erben: “Het grootste misverstand is dat een langere shaft meer afstand oplevert. Met een langere driver neemt je hoeksnelheid af. Je kunt niet meer energie opbrengen dan je hebt. Als je de wielen van een auto twee keer zo groot maakt, ga je niet twee keer zo hard. Gemiddeld hebben Tourspelers een driver van 44,5 inch, Sergio Garcia zelfs minder dan 44. Wat in de winkels staat, is bijna altijd langer. Logisch, want voor een winkel is het niet aantrekkelijk om alle maten op voorraad te hebben.”

Tim Nijenhuis: “De grootste misvatting over clubfitting? Dat je meer voordeel haalt uit een stuggere shaft en dat je verder slaat met een driver met minder loft.”

3 Tips

Theo Erben: “Voor het verschil tussen een dure en goedkope putter kun je vijf golflessen nemen. Met een goedkope putter die bij je past en goede lessen word je een betere putter dan als je een dure putter koopt en geen lessen neemt.”

Menno Pelk: “Denk eens aan een extra hybride of houten 7 in plaats van een lob wedge. En neem vaker les bij een PGA professional. Wij adviseren klanten regelmatig om eerst een les te nemen voordat ze bijvoorbeeld een driver aanschaffen.”

Tim Nijenhuis: “Laat altijd je materiaal fitten, koop niet zomaar een set op internet. Ook niet als beginner.”


Lees meer over
Equipment