Golfsport

Wat zeggen de regels bij een beschadigde club? Zowel na misbruik als na 'een ongelukje'

Helaas lukt het niet alle golfers om koelbloedig te blijven na een mindere slag. Soms laat iemand zich zelfs zo erg gaan dat de golfclub beschadigd raakt. Wat zeggen de regels daarover? Mag je die club blijven gebruiken of levert dat een straf op?

Eerder dit jaar - tijdens de B-NL Challenge Trophy op onze Twentsche Golfclub - waren er twee bijzondere regelkwesties die met dit onderwerp te maken hebben. Ten eerste was er een speler die op hole 6 zo erg overkookte dat hij na het uitholen de bal uit zijn hand boos wegsloeg. Putters zijn daar niet voor gemaakt, waardoor het clubhoofd afbrak. Omdat lijmen geen optie was, kon de tourspeler zijn putter de rest van de ronde niet meer gebruiken.

Beschadigd na misbruik

De regels schrijven sowieso voor dat een club die beschadigd is vanwege misbruik niet meer gebruikt mag worden. Dat staat als volgt in Regel 4.1a:

Beschadigd tijdens een ronde’ betekent dat de speeleigenschappen van een club zijn veranderd door een handeling tijdens de ronde (de tijd dat het spel is gestaakt volgens Regel 5.7a daarbij inbegrepen):

- door de speler (zoals het doen van een slag of oefenswing met de club, het in de golftas doen of eruit halen van de club, het laten vallen of het leunen op de club of het misbruiken van de club)
- door een andere persoon, een invloed van buitenaf of natuurkrachten.

Een club is niet ‘beschadigd tijdens een ronde’ als de speeleigenschappen van de club opzettelijk zijn veranderd door de speler tijdens de ronde, zoals beschreven in Regel 4.1a(3).

De speler in kwestie heeft de rest van de ronde moeten putten met een andere club. Meestal wordt dan een wedge gebruikt. Door de bal te raken met de leading edge krijgt de bal een mooie rol. Het is over het algemeen ook makkelijker dan putten met een lang ijzer, hybride of driver. Een speler mag de rest van de ronde geen slag doen met een club die uit het spel is genomen. Straf voor overtreding van Regel 4.1c(1) is diskwalificatie.

Clubhoofd per ongeluk beschadigd

Ten tweede was er op de Twentsche Golfclub nog een bijzonder regelmoment. Een speler zag er plots een scheurtje zat in zijn clubhoofd. Na een gesprek met de referee mocht de speler de club blijven gebruiken. Regel 4.1a (2) staat dat toe:

Als een club die voldoet aan de eisen, anders dan door misbruik van de club, beschadigd raakt tijdens de ronde of wanneer het spel is gestaakt volgens Regel 5.7a, mag de speler de club repareren of vervangen door een andere club. Maar ongeacht de oorzaak en aard van de schade wordt de beschadigde club gedurende de rest van de ronde beschouwd als een club die nog steeds aan de eisen voldoet (maar niet tijdens een play-off bij strokeplay, want dat is een nieuwe ronde).

Het is echter niet toegestaan dat de speler de speeleigenschappen opzettelijk verandert tijdens de ronde of wanneer het spel gestaakt is. Dat betekende in dit geval dat het voor speler niet toegestaan was om aan het scheurtje te peuteren.

Speeleigenschappen

Wanneer een club wel of niet aan de eisen (speeleigenschappen) voldoet, staat in Regel 4. De speeleigenschappen van een club omvatten elk deel, kenmerk of eigenschap van de club die van invloed is op hoe de club presteert of helpt bij het oplijnen, waaronder de balans, lie, loft, oplijnfuncties en toegestane externe toevoegingen.

Er volgt geen straf voor het alleen meedragen van een club die niet aan de eisen voldoet of waarvan de speeleigenschappen opzettelijk zijn veranderd tijdens de ronde, zolang hier geen slag mee wordt gedaan. Maar die club telt wel mee voor het maximum van 14 clubs zoals beschreven in Regel 4.1b(1).

Lees meer over
Golfregels