Golfsport

Do's en don'ts in de bunker: wanneer mag je grounden, zand bewegen en oefenswings maken?

Een van de bijzondere gebieden van een golfbaan zijn bunkers. Een bunker wordt gedefinieerd als speciaal bewerkt gebied met zand, dat vaak een kuil is waaruit gras of aarde is verwijderd. Bunkers zijn bedoeld om de vaardigheden van een speler te testen bij het spelen van een bal uit het zand. In de bunker gelden er andere regels dan op gras dan in het algemene gebied. We zetten ze voor je op een rijtje.

Als je bal in de bunker ligt, dan is het niet toegestaan om met een club het zand te raken in het gebied direct voor of achter de bal voordat je een slag doet. Je mag het zand pas raken in de downswing (neerzwaai), dus ook bij het begin van de backswing (opzwaai) moet de club boven het zand blijven. Je mag ook niet opzettelijk het zand in de bunker aanraken met je hand, hark of enig ander voorwerp om de conditie van het zand te testen om informatie te krijgen voor je volgende slag (Regel 12.2b(1)).

Het is uiteraard wel toegestaan om je voeten in te graven om een stand in te nemen, de bunker aan te harken uit zorg voor de baan of om op een club te leunen om in balans te blijven of om een val te voorkomen.

Een bal ligt in een bunker, wanneer enig deel ervan:

- het zand op de grond binnen de grens van de bunker raakt; of
- binnen de grens van de bunker stilligt:

  • op een plek waar normaal gesproken zand hoort te zijn (zoals op plekken waar het zand is weggewaaid- of gespoeld);
  • op een los natuurlijk voorwerp, een los obstakel, een abnormale baanomstandigheid of een integraal deel van de baan ligt wat het zand in de bunker raakt of een plek waar normaal gesproken zand hoort te zijn.

Als een bal binnen de grens van de bunker op aarde of gras of andere groeiende of vastzittende natuurlijke voorwerpen ligt zonder enig zand te raken, ligt de bal niet in de bunker.

Bunker Diagram 12.1

De lip, muur of wand van de bunker vormt geen onderdeel van de bunker. Dat valt binnen het algemene gebied. Je mag in de bunker een ingebedde bal niet ontwijken, maar in het algemene gebied mag dit wel.

Wanneer mag je het zand raken?

Voordat een speler een bal in de bunker speelt mag hij losse natuurlijke voorwerpen verwijderen volgens Regel 15.1 en losse obstakels verwijderen volgens Regel 15.2. Als je bij deze handeling het zand aanraakt of lichtjes verplaatst, volgt er geen straf. Nadat je een bal uit een bunker hebt gespeeld en buiten de bunker ligt mag je wel het zand aanraken en oefenswings maken. Je mag in dit geval ook altijd de bunker aanharken; ook al verbeter je hiermee je speellijn.

Het overtreden van deze regels levert de algemene straf op; verlies van de hole bij matchplay of twee strafslagen bij strokeplay.

Lees meer over
Golfregels