Tips

Lagere handicap? Maak een actieplan!

Wil je dit golfseizoen je handicap flink verlagen en met meer plezier golfen? Maak dan een gedegen actieplan en stel doelen!

Door Sander van Duijn, headprofessional Golfclub Houtrak

Golfen is altijd leuk, ongeacht je niveau. Maar golf wordt voor de meeste mensen nog veel leuker als het spelniveau omhoog gaat. Daar moet je natuurlijk voor trainen en lekker veel spelen. Als je écht sprongen wilt maken, is het goed om bij de start van het golfseizoen een plan te maken. Welke doelen heb je en hoe denk je die doelen te halen? Hier een aantal stappen om tot een goed plan te komen.

1. Evalueer het seizoen van vorig jaar

Om fouten uit het verleden te voorkomen, is het verstandig om het vorige seizoen te analyseren. Misschien zijn je doelen toen niet gehaald omdat ze te hoog gegrepen waren of dat je te weinig getraind/gespeeld hebt. Kun je hier verandering in brengen? Stel jezelf bijvoorbeeld de volgende vragen:

  • Hoe heb je gespeeld? Wat waren de resultaten?
  • Wat was je doel? Had je wel een doel?
  • Heb je gedaan wat je je aan het begin van het jaar had voorgenomen wat betreft trainen en spelen?

2. Wat zijn je doelen voor dit jaar? 

 Dat kun je opsplitsen in resultaatdoelen en procesdoelen.

Voorbeelden van resultaatdoelen:            

  • Het verlagen van de handicap, van 54 naar 45, van 36 naar 28 of van 20 naar bijvoorbeeld 15.
  • Twee keer in de top 3 eindigen van een maandbeker of een andere wedstrijd. 

Voorbeelden van procesdoelen:    

  • Het spelen van meer rondjes.
  • Het raken van meer fairways in een ronde.


Procesdoelen werken vaak heel goed omdat je minder met het resultaat (scoren) bezig bent. Het is wel belangrijk realistische doelen te bepalen, doelen die passen bij jouw speelsterkte en ambitie.

3. Maak een analyse van je spel

Je spel analyseren kan op verschillende manieren. Jezelf een cijfer geven van 1 tot 10 voor diverse onderdelen in het spel werkt goed. 

Dit is al prima, maar het is nog wel heel algemeen. Je kunt, als je een nauwkeuriger beter beeld wilt krijgen, een sterkte-zwakte-analyse maken van specifiekere onderdelen van je spel zoals: 

  • Driving afstand
  • Driving accuratesse
  • Fairwaywoods/hybrides
  • Lange ijzers (1-4)
  • Midden ijzers (5-7)
  • Korte ijzers (8-PW)
  • Wedges (50-100m)
  • Kort spel (25-50m)
  • Rond de green (0-25m)
  • Bunkers
  • Lange putts (10m plus)
  • Middellange putts (3-10m)
  • Korte putts (0-3m)
  • Putten onder druk 


Wat ook veel inzicht geeft over je spel is met je coach of PGA-professional een meting doen op een Trackman (meet afstanden, balvlucht, spin etc), de Boditrak (toont de balans tijdens de swing),  Capto (putt analyse) of een 3D-bewegingsanalyse. 

Een aanrader is ook je statistieken bijhouden op degolfacademie.nl

4. Maak een actieplan

Bij de doelstelling die je voor jezelf hebt bepaald, hoort een actieplan. Je trainingsverdeling is hier van groot belang. Ga niet zomaar emmers ballen achter elkaar slaan op de range zonder een duidelijk doel, maar besteed je tijd nuttig en varieer. Verdeel je trainingstijd tussen deze vier onderdelen:

  • Lang spel (full swing vanaf ijzer 8 tot driver)
  • Scoring game (tussen de 50 en ijzer 9 afstand)
  • Short game (0 tot 50 meter)
  • Putten


Als je twee uur traint, besteed dan steeds aan ieder onderdeel een half uur. Vervolgens kan je de vier bovenstaande onderdelen weer opsplitsen in drie categorieën:

1. Techniek

  • Het veranderen van bepaalde bewegingspatronen, zoals de swingbaan, invalshoek, etc.  
  • Dit kan met hulpmiddelen zoals een tourstick, elastiek of bal.

2. Aanpassingsvermogen

  • Het trainen van verschillende liggingen; de bal ligt niet altijd heel mooi op het gras.
  • Varieer in balvlucht (draw, fade, hoog en laag), afstanden, zwaailengtes, harder en wat minder hard slaan, etc.
  • Hoe presteer jij het beste? Welke aandachtspunten ontdek je daarin?

3. Transfer

Breng de baan naar de range, dus train op de range wat je in de baan tegenkomt en train dat onder druk.

  • Doe een scorekaartoefening, bijvoorbeeld met par-testen.
  • Voltooi een oefening in een vooraf bepaalde tijd, bijvoorbeeld vijf keer chip-putt maken in vijf of tien minuten, afhankelijk van je niveau.                               
  • Doe alle slagen met de volledige wedstrijdroutine.


In het voorseizoen train je meer op techniek en in het seizoen ligt het accent meer op de transfer naar de baan want het gaat er uiteindelijk om dat wat je hebt getraind er in de baan uitkomt.

5. Feedback in logboekje

Nu je het doel voor dit seizoen hebt vastgesteld, wil je geregeld toetsen hoe je ervoor staat met je spel. Als advies geef ik dan ook om een logboekje in je golftas te stoppen voor aantekeningen. Dit kan zijn over hoe je getraind of gespeeld hebt, maar ook om eventuele aantekeningen uit een golfles op te schrijven. Schrijf in het logboekje als eerste de doelen op die je voor dit seizoen hebt gesteld zodat je daaraan herinnerd wordt iedere keer als je het boekje pakt.

Veel plezier en succes op de golfbaan dit seizoen!      

Lees meer over
Golftips Instructie