Lafeber: nieuwe bondscoach, nieuwe aanpak

Vooralsnog is Joost Luiten nog steeds de enige Nederlander op de European Tour. Een schande voor een golfland als Nederland?

“Het woord schande zou ik zelf niet gebruiken, maar één speler op de Tour is natuurlijk wel heel teleurstellend, zeker als je het vergelijkt met landen als Denemarken en Italië. Het geeft aan dat er iets niet goed is gegaan de afgelopen jaren.”

Waar is het misgegaan?

“De keuze om de pro’s op de clubs meer verantwoordelijkheid te geven is niet goed uitgepakt. Onze talenten trainden voornamelijk op hun eigen club individueel met de homepro; ze zagen de coaches van de NGF maar een keer of dertig per jaar. Er werd niet of veel te laat ingegrepen als een speler zich niet goed ontwikkelde.”

"De vruchten gaan we over vier, vijf jaar plukken"

Zijn de homepro’s niet goed genoeg?

“Dat zeg ik niet, maar ik twijfel of zij het maximale uit hun talenten halen. Natuurlijk zijn er genoeg homepro’s die dat wel goed doen, maar er is ook een groot deel dat we door intensiever samen te werken kunnen helpen om de kwaliteit van trainen beter te maken. Als we aansluiting willen krijgen met de toplanden dan moeten we de talenten anders en veel intensiever gaan begeleiden.”

Wat gaat er veranderen?

“De spelers van Oranje gaan ongeveer 120 dagen per jaar trainen onder begeleiding van vaste NGF-coaches. Veel trainingen zijn op Papendal, vrijdag arriveren en daar het weekend ook slapen. In de winter zijn er een aantal trainingsstages in Zuid-Europa. Al die trainingen staan los van de toernooien die gespeeld worden, het is dus bijna een voltijds programma. De Jong Oranje-selectie gaat naar 100 trainingsdagen per jaar, grotendeels ook op Papendal.”

Is al bekend wie de NGF-coaches gaan worden?

“Er komen binnenkort vacatures voor zes fulltime coaches die in dienst komen bij de NGF. De huidige NGF-coaches zullen ook moeten solliciteren als ze interesse hebben. Een van de functie-eisen is oud-speler zijn met minimaal ervaring op de Challenge Tour voor de mannen en de Ladies European Tour voor vrouwelijke coaches.”

Inder van Weerelt heeft een jaar European Tour gespeeld, Niels Kraay alleen Challenge Tour, zijn dat coaches met wie je de wereldtop gaat halen?

“Ik snap die vraag, maar we kiezen heel bewust voor coaches die al veel in huis hebben maar zich ook nog moeten ontwikkelen. Je ziet nu al bij Jong Oranje dat de invloed van jongens als Inder en Floris de Vries heel positief is. De meeste golfleraren zoeken het snel in de techniek, een coach die op hoog niveau heeft gespeeld kijkt anders, voelt eerder aan wat een speler nodig heeft.”

Is er nog een kans dat Robert-Jan Derksen een rol krijgt?

“Nee, dat is een gepasseerd station, Robert-Jan heeft zelf ook aangegeven dat hij uit beeld is. Ik vind het jammer dat het zo is gelopen.”

Waar is het misgegaan?

“Toen ik werd benaderd door Jeroen (Stevens, directeur NGF) heb ik gezegd: ‘probeer er eerst met Robert-Jan uit te komen, dan kunnen we daarna zien wat mijn rol eventueel kan zijn.’ De NGF kon of wilde niet aan het eisenpakket van Robert-Jan voldoen, vervolgens ben ik er met de NGF wel uitgekomen.”

Je wilde samenwerken met Derksen?

“Natuurlijk, ik ben voor de krachten bundelen. Robert-Jan heeft ook veel ervaring op de European Tour, zonde dat we zijn kennis niet kunnen gebruiken.”

Jullie zijn in veel opzichten tegenpolen. Had het toch kunnen werken?

“Toen we op de Tour speelden zei Robert-Jan vaak: ‘als we stoppen moeten we samen een Golf Academy beginnen.’ In mijn optiek hadden we nu de kans om samen golf in Nederland naar een hoger niveau te tillen. Ik denk zeker dat we tegenpolen zijn, maar dat kan juist heel goed werken. Mijn vrouw en ik zijn enorme tegenpolen maar we hebben een heel goed huwelijk.”

Blijft de NGF wel werken met de Putting Academy van Derksen?

“Ja, de faciliteiten op de Academy zijn erg goed en Hayo (Bensdorp) is een uitstekende putt-coach. Maar we gaan het wel iets anders aanpakken. Ik geloof in metingen en statistieken, maar je kunt ook doorslaan. Er is ook niet één methode voor iedere speler, putten is heel persoonlijk.”

"Wat ik mis bij veel jonge spelers in creativiteit, zelf oplossingen zoeken"

“Ik vind Trackman geweldig, maar je moet ermee oppassen. Alles meten is mooi, maar het gevaar is dat je golf veel te technisch en gecompliceerd maakt. Wat ik mis bij veel jonge spelers is creativiteit, zelf oplossingen zoeken, en niet alles in handen leggen van coaches of apparaten die cijfertjes geven over iedere swing.”

Wat zijn de plannen voor de jongste jeugd, de B- en C-selecties?

“Met de C-selectie (tot en met twaalf jaar) en de B-selectie (tot en met vijftien jaar) gaan we regionaal trainen, de C-selectie iedere woensdagmiddag en de B-selectie ieder weekend. Voor die groep worden twee coaches aangenomen die vooral technisch heel goed moeten zijn. Het is essentieel dat we de basis bij kinderen op zo jong mogelijke  leeftijd goed hebben. Het komt nu nog veel te vaak voor dat we met spelers van Jong Oranje bezig zijn de grip aan te passen, dan ben je eigenlijk al te laat.”

Is er nog wel een rol voor de homepro in de nieuwe opzet?

“Zeker, de homepro blijft heel belangrijk. Als kinderen gaan golfen komen ze als eerste onder de hoede van een clubpro. Ook daarom is het zo belangrijk dat het niveau van de homepro’s omhoog gaat.”

Zijn spelers uit de selecties verplicht met NGF-coaches te werken?

“Als een speler aangeeft liever met zijn homepro te willen werken, dan is die ruimte er. Ik ben de laatste die een speler weg wil halen bij zijn pro als hij of zij top presteert. Maar als we zien dat de ontwikkeling van een speler stagneert, dan zullen we meteen aan de bel trekken. En een verschil met de oude situatie is dat de NGF de lessen van selectiespelers bij hun homepro niet meer betaalt.”

De ouders draaien voor die kosten op?

“Ja. Ik vind dat ook niet zo raar. Mijn ouders hebben mijn golflessen vroeger ook betaald. Ik heb trouwens al met veel ouders van talenten gesproken en die zijn bijna allemaal positief over onze nieuwe aanpak.”

Klopt het dat je een aantal spelers uit de Oranje-selectie hebt afgeraden eind dit jaar pro te worden?

“Ja. Ze hebben mij om advies gevraagd en ik heb gezegd dat ik ze nog niet goed genoeg vind. Als die spelers een superzomer hebben en veel toernooien winnen, dan zal ik er waarschijnlijk anders over denken, maar vooralsnog vind ik dat ze niet klaar om die stap te maken. Pro worden en op de ProGolf Tour spelen kan altijd, maar ik kijk of spelers de potentie hebben de European Tour te halen. Nee, ik heb er geen moeite mee een negatieve boodschap te brengen, topsport is hard. En ik geef alleen maar mijn mening, de beslissing om wel of niet pro te worden ligt uiteindelijk bij de spelers zelf.”

Zijn er Nederlandse golfers die jij de komende jaren structureel ziet doorbreken naar de European Tour?

“Van de acht jongens die nu Challenge Tour spelen zijn er zeker bij die de stap kunnen maken, maar als je naar de huidige topamateurs kijkt, zal het lastig worden. Ik hoor van Taco Remkes en Niels Kraaij positieve geluiden over Rowin Caron. Rowin zit in Amerika, ik heb hem zelf nog niet zien spelen. Maar hij schijnt een erg goede putter te zijn, dat is een enorme asset. En van Anne van Dam heb ik hoge verwachtingen op de Ladies European Tour.”

Over vrouwen gesproken, je hebt ooit gezegd dat je vrouwengolf niet echt volgde.

“Dat is verleden tijd natuurlijk. Ik heb onlangs meegetraind met Oranje en geloof het of niet, ik had een heel goede klik met die vrouwen. Met Dewi Weber, Romy Meekers, Zhen Bothan en Roos Haarman hebben we trouwens een sterk team voor het WK dit jaar in Mexico. We praten steeds over de Tour halen, maar voor de NGF is beter presteren op WK’s en EK’s natuurlijk ook een belangrijk doel.”

En wanneer wordt dat andere doel, structureel meer Nederlandse golfers op de European Tour, gehaald?

“De structuur staat nu, dat is positief. Maar we zullen geduld moeten hebben. Incidenteel zullen er successen zijn, maar de vruchten van de nieuwe aanpak gaan we pas over een jaar of vier, vijf plukken. Iedereen die betrokken is bij topgolf in Nederland moet dezelfde kant op willen en de bereidheid hebben keihard te werken. Ik eis ook veel van mezelf, ben veel onderweg en zie mijn gezin heel weinig. Maar ik wil dit heel graag, vind het erg leuk om talentvolle golfers te helpen. Ik wil weer succesvol zijn als speler en ik wil successen boeken als bondscoach.”

Dit artikel is in uitgebreidere vorm verschenen in GOLF.NL Weekly 7 van 2016 (vanaf pagina 6).