De timing had beter gekund. Ik heb twee jonge kinderen, volle werkweken en een verhuizing voor de boeg. Kortom: geen tijd. Maar zo is er altijd wel een excuus te vinden om ergens níét aan te beginnen. Ik wil starten met golf en wel nu. Na een rondje googelen stuit ik op de ANWB Golf Weekendcursus. Baanpermissie, theorie-examen én een handicap 54-registratie voor 149 euro (exclusief materialen). En dat in één weekend. Dit is op mijn lijf geschreven, concludeer ik, en ik ga voor de bijl.
Plots zie ik een
bekend gezicht
De inschrijving is zo gepiept, de informatie over het programma kraakhelder. 'Denk aan regenkleding', staat er zelfs netjes bij vermeld in de bevestigingsmail. Geen overbodige luxe, want tussen al die zonnige dagen is de weersverwachting uitgerekend in dit eerste weekend van juli bedroevend. Tja, regenkleding, wie heeft dat nog in de kast liggen? ANWB-stelletjes misschien, maar ik kom niet verder dan een uitgewrongen poncho.
Dan maar een nat pak. Ik stap in de auto en de ruitenwissers zwieren in het hoogste standje over de voorruit op weg naar Golfpark De Breuninkhof in Bussloo, waar de cursus plaatsvindt. Bussloo - tussen Apeldoorn en Deventer - is bekend terrein voor me, want ik versleet talloze zomerdagen in de naastgelegen recreatieplas en sloeg ook al een paar balletjes op de pitch & puttbaan aan de overkant van het water (mijn enige aanraking met de golfsport tot nu toe).
Onderweg op de A1 gaan mijn gedachten twintig jaar terug in de tijd. Naar mijn rijlessen, die ik eveneens bij de ANWB volgde. Ook toen werd me van alles beloofd, waaronder 100 procent slagingsgarantie binnen tien dagen. Maar ik bewijs doorgaans graag het tegendeel en zakte eerst tweemaal… Deze licht-traumatische ervaring wekt toch wat zenuwen bij me op wanneer ik de parkeerplaats van de fraai gelegen golfclub oprijd: als dat nu maar wél goed gaat.
In het clubhuis laaf ik me aan een uitstekend kopje koffie, alvorens ik het zaaltje betreed waar eerst wat uitleg over de cursus wordt gegeven. Ik loop ernaartoe en zie dan plots een bekend gezicht. Verrek, daar komt Go Ahead Eagles-middenvelder Evert Linthorst aandraven! Ik fleur direct op, want laat ik nou net zelf een podcast (Vetkamppraat) maken over de profvoetbalclub uit Deventer. Ik geef Evert (op de foto met blauwe trainingsjas) een hand en herinner hem aan het telefonisch interview dat we een jaar geleden voerden voor mijn podcast. Ook hij moet glimlachen om deze toevallige rendez-vous. De kop is eraf en de start had niet beter gekund: ik heb direct al een speelmaatje gevonden.
Dan heet golfpro Arthur ons welkom. Er zitten 28 mensen in het zaaltje, de verhouding man-vrouw is ongeveer 60/40. De ene helft van de groep wordt al snel naar de drivingrange gestuurd voor het eerste praktijkonderdeel: pitchen en swingen. Ik behoor tot de andere helft, die nog even in het zaaltje achterblijft voor wat theorie.
Wanneer Arthur FORE
roept trillen de ruiten
Golfpro en tevens examinator Arthur is jurist van beroep en dat maakt hem waarschijnlijk ook tot een kundig verteller. Op bevlogen wijze en in heldere taal neemt hij de cursisten mee. Al merkt zelfs de slechthorende medecursist Paul op dat het qua volume wel een tandje minder kan. Wanneer Arthur ons wijst op de belangrijke golfterm FORE, trillen de ruiten.
Ach, duidelijk is hij wel. Ook over wat we moeten verwachten van het niveau dat we in deze korte tijd kunnen bereiken: "Je leert echt niet golfen in twee dagen", valt hij met de deur in huis. Het is een zinnetje dat meermaals herhaald zal worden dit weekend. "Het is ons doel om jullie op weg te helpen en de basisprincipes bij te brengen, maar om echt te leren golfen, moet je hier zelf een vervolg aan geven." En die handicap 54 dan? "Dat komt goed", zegt hij grijnzend. "Jullie gaan allemaal slagen toch? Dat is het doel."
We gaan het zien. Over de theorie maak ik me geen zorgen, maar enkele baanvrees zit er wel in bij mij. Toch heb ik er zeker zin in. Met de verwachte neerslag valt het mee, het miezert slechts een beetje. Aan het eind van de ochtend begeef ik me dan ook verwachtingsvol richting de drivingrange met mijn groepje. Daar brengt een andere golfpro, Kees, ons de beginselen van het chippen en pitchen bij. Althans, dat is de bedoeling.
Nauwgezet legt hij uit hoe je de wedges (S en P) moet vasthouden en wat de ideale stand van je voeten is - één clubhoofd ertussen bij het chippen en twee bij het pitchen. "Een derde door de lucht, en twee derde over de baan", zegt hij over wat wij de bal moeten laten doen. Aan Kees zal het niet liggen.
Nou, daar gaan we dan. De kunst is om ontspanning in de slag te houden, zoveel heb ik al wel begrepen, maar waarom lijkt het dan net alsof ik met een stok onkruid sta weg te schrapen? Ik zucht eens diep. En warempel, er verdwijnt zelfs een bal in de hole. Het kan dus wél. Beginnersgeluk, mompel ik in alle bescheidenheid.
Door naar het swingen. Het onderdeel waar ik zowel het meest naar uitkijk als bevreesd voor ben. Kijk, dat putten, dat geloof ik wel. De fijne motoriek heb ik wel in de vingers, denk ik. Maar een bal vanaf de tee een flinke vlucht laten nemen? Ik dicht mezelf weinig kans toe. Maar dan is daar golfpro Tonny. Een karakteristieke verschijning. Zo'n trainer voor wie je onmiddellijk door het vuur gaat. Cool and collective. Tonny is opgegroeid in de Amerikaanse staat Michigan en overduidelijk hoorbaar groot geworden in Amsterdam.
De bal weet niet dat-ie een bal is
Zijn tips zijn creatief. "Toen ik begon met golfen, moest ik de bal altijd op een muntje leggen met daarop het hoofd van George Washington, de eerste president van de Verenigde Staten. Kijk niet direct de bal achterna, maar blijf kijken naar George Washington", legt hij uit. Ik luister aandachtig. "Maak jezelf klein en swing alsof je met je rechterarm een strandbal moet meenemen. En bij de 'release': beeld je in dat je een steen gooit die over het water moet stuiteren", zijn enkele van zijn beeldende tips. En: "De bal weet niet dat-ie een bal is. Die gaat het niet voor je doen, dus je moet de slagroutine en de juiste opvolging van de technieken elke keer weer herhalen."
Tonny doet het even voor. Wauw. Het gemak. De souplesse. Het geluid van de bal alleen al. Als ik dit toch ooit ook eens zou kunnen… “Nu jullie, laat maar zien”, zegt Tonny tegen de cursisten. Ik vergeet pardoes de slagroutine op te volgen die Tonny zojuist vakkundig heeft gedemonstreerd en sla de bal slechts enkele meters ver (zonder dat die de grond heeft verlaten). Kan ik oplossen in het niets, alsjeblieft?
Gretig verleg ik de aandacht naar mijn speelmaatje. "Evert heeft vermoedelijk meer balgevoel", zeg ik tegen Tonny. "Hij is profvoetballer, middenvelder van Go Ahead Eagles." Dit maakt zichtbaar indruk bij de golfpro. "Ben jij echt profvoetballer?!", vraagt hij met grote ogen aan Evert. Die knikt bescheiden. "Dan komt het wel goed met je, alle profvoetballers kunnen goed golfen. Weet je met wie ik vroeger zelf voetbalde op straat? Met Johan Cruijff! Wat een lieve man was dat."
Evert is de rest van de dag Tonny's lieveling, zoveel is wel duidelijk. En eerlijk is eerlijk, ook qua aanleg heeft de profvoetballer een streepje voor op de andere cursisten. So be it.
Je tikte de bal! Dat hoort niet
Na de lunch is het tijd voor putten - gedeeltelijk in de stromende regen. Triomfantelijk vis ik de bal uit de hole na een fraaie putt. Totdat instructeur Kees ingrijpt: "Je tikte de bal! Dat hoort niet. Heel korte achterzwaai en lang doorzwaaien, zo moet het." Ik neem de tips ter harte en word zo beetje bij beetje gekneed tot een golfer in de dop.
We hebben de smaak net lekker te pakken als Arthur over het terrein buldert: "Allemaal hier verzamelen!" Vooruit dan maar weer. Het liefst had ik nog veel langer doorgespeeld, maar abrupte eindes aan de praktijksessies zijn inherent aan de korte cursusduur. Het moet toch een beetje met stoom en kokend water allemaal.
Gelukkig gaan we even later opnieuw de baan in, voor de spelvorm Texas Scramble. Daarbij behaal je als groepje samen een score per hole. Iedereen slaat af en vervolgens kies je samen de beste bal van waaruit je als groep weer verder speelt.
Ik zit in een groepje met Evert, Paul, Joost, Nelia en Christel. Een goed stel, hoor. Jammer alleen dat ik, op een briljante putt na, meer gras wegmaai dan ballen. Toch rolt er een verdienstelijke score uit de bus na vier holes: drie 4'tjes en een 5. Daarmee slagen we zondag met vlag en wimpel, al staan we er dan wel helemaal alleen voor. Of toch niet?
Dag twee - de dag des oordeels - is aangebroken en begint met theorieles. De meesten hebben thuis wel wat examens geoefend. En zoals Arthur ons op zaterdag al had beloofd, leert hij ons vakkundig de do's en don'ts op de baan. Iedereen is na dat uur vol vertrouwen, zo lijkt het: dat golfregelexamen gaan we wel halen met z'n allen.
Tussendoor is er nog even tijd voor de drivingrange. Het is duidelijk dat iedereen meer acceptabele ballen slaat dan op dag 1. Dat geldt ook voor mijzelf. Enkele soepele swings wissel ik echter af met volledige mishits. 'Nu heb ik de slag te pakken', blijkt niet voor niets de kortste mop in golf... Zoals tien dagen voor mij te kort was om te leren autorijden, is één weekend inderdaad te weinig om dit spelletje te doorgronden.
We lopen terug naar het clubhuis. Het is plots stralend zomerweer en Christel wijst me op zoemende hommels tussen de lavendelstruiken. Ook dat is golf.
Even een hapje eten op het terras en dan gaan we ervoor: de examens. Als er al sprake was van enige spanning, dan neemt Arthur die onmiddellijk weg bij het uitdelen van de opdrachtenboekjes. "Jullie mogen best overleggen, maar doe het alsjeblieft niet zo hard dat iedereen kan meegenieten." Het mag geen verrassing meer heten: twee cursisten worden na afloop nog wel even apart genomen om wat schoonheidsfoutjes weg te poetsen, maar dan blijkt al gauw dat iedereen geslaagd is voor de theorie. Hoera.
Met die praktijk komt het
ook wel goed, hoor
Op weg naar de oefenbaan, waar we aansluitend het praktijkexamen gaan afleggen, stelt Tonny me gerust. "Met die praktijk komt het ook wel goed, hoor", zegt hij met een lach. Toch neem ik me voor om een behoudende tactiek te hanteren. Een soort afbraakgolf, waar zelfs de Portugese voetbaltrainer José Mourinho nog een puntje aan kan zuigen. Putten waar je eigenlijk nog behoort te chippen en vooral voorzichtig veilige afstanden overbruggen. Alles voor handicap 54.
Nelia merkt aan de zijde van haar vriend Joost op dat we beter een wijntje hadden kunnen drinken tijdens de lunch, voor een iets lossere swing. Daar ben ik het roerend mee eens, maar het blijkt allemaal overbodig. We mogen namelijk opnieuw een scorekaart lopen als groepje. Texas Scramble dus. Weliswaar alleen op de eerste drie holes, daarna staan we er alleen voor, maar de tijd is te kort om een ronde van 9 holes te lopen. En wat iedereen eigenlijk al wel bevroedde, wordt werkelijkheid: alle cursisten krijgen straks die felbegeerde handicap 54-registratie.
Blijdschap alom, maar toch wringt het een beetje. Hebben we dit volledig op eigen kracht verdiend? Nee. Maar is het reëel om te veronderstellen dat veel cursisten dit wél op eigen kracht zouden halen binnen twee dagen? Nee. Bovendien: is het leuk om een cursus te besluiten met slechts een enkeling die slaagt? Waarschijnlijk ook niet.
Vanuit dat oogpunt is er wel begrip op te brengen voor de aanpak van deze golfcursus, maar het voelt toch alsof ik heb afgezwommen met zwembandjes om. Ik kan me de frustraties van doorgewinterde golfers dan ook goed indenken, wanneer ze worden opgehouden door een stel klungels in de baan.
Hoe dan ook, ik koester het papiertje en de boodschap was vanaf het begin helder: je leert binnen twee dagen niet golfen. "Maar hoe moeten we dan verder nu?", vraag ik aan Arthur. "Ga naar de drivingrange van een club bij jou in de buurt", zegt hij. "Dat is vaak gratis, je hoeft alleen voor oefenballen te betalen. Werk aan je swing, ga chippen en putten."
"Ik adviseer je zeker om les te nemen, maar ik vergelijk het altijd met een huisarts", gaat hij verder. "Wanneer ga je daarnaartoe? Als je ergens last van hebt. Zo zie ik het ook met golf. Loop je ergens vast of heb je moeite met een bepaalde slag? Ga dán naar een golfpro om lessen te volgen. Dan kan hij je ook gericht helpen."
Golfpro Kees reageert net even anders op dezelfde vraag: "Om te beginnen: ga bij verschillende clubs bij jou in de buurt naar de drivingrange en observeer. Kijk hoe er les wordt gegeven, want de verschillen zijn groot. Past een bepaalde aanpak bij je? Dan adviseer ik om in een kleine groep of solo les te nemen. Uiteindelijk ben je dan goedkoper uit dan bij lessen in een grote groep, omdat je veel efficiënter te werk gaat."
Maar nog vóór die stap is iets anders van cruciaal belang, zo benadrukt Arthur. "Schaf een golfset aan. De ervaring leert dat het merendeel van de cursisten niet verdergaat met golf, simpelweg omdat ze geen materiaal hebben. Dan wordt het een lastig verhaal, want je kunt lang niet overal clubs huren."
'Toevallig' heeft Arthur een paar setjes van Wilson meegenomen, die hij als een gewiekste verkoper aan de man probeert te brengen. Enkele cursisten happen gretig toe. Zelf wacht ik eerst even mijn verhuizing af, maar als het budget het toelaat, schaf ook ik zeker een golfset aan. Want hoewel deze tweedaagse allicht niet de grondigste voorbereiding is op een lang en gelukkig golfleven, smaakt de laagdrempelige introductie naar meer.
Op naar de drivingranges van Twente: met een denkbeeldige strandbal en George Washington in de golftas - en een vleugje schaamrood op de kaken.