De Nederlandse nummer één heeft een duidelijke en simpele drill. Je hebt daar drie tees, een bal, een putter en een green voor nodig.
Het idee is dat de lijn die je leest klopt met de startlijn van de bal. Zet daarvoor een poortje van twee tees van ongeveer een bal breed in de lijn die je hebt gelezen. De focus bij de stroke moet liggen op het spelen door het poortje en niet bij het holen van de bal. Je kan dit moeilijker en makkelijker maken door de wijdte van het poortje aan te passen.
Plaats het poortje elke keer op zo'n 70 centimeter voor de bal. Als je dit vaak traint, dan zal je ongetwijfeld meer vertrouwen krijgen en meer putts gaan holen.