Na de vruchtbare putterfitting in mijn zomervakantie, waarbij ik met een gloednieuwe Ping Anser de deur uit liep, is het nu tijd voor een ijzerfitting. Je moet het ijzer smeden als het heet is immers… Ik wil mijn handicapdoel (onder de 40) bereiken voordat de blaadjes van de bomen vallen. De teller staat inmiddels op 43,5; doorpakken nu!
Nieuwsgierig wandel ik het pand van Twente Golf in Nijverdal binnen. Tijdens de putterfitting van twee weken eerder werd hier al snel duidelijk dat mijn oude club te kort was, en ik heb een sterk vermoeden dat dit ook het geval is bij mijn ijzers.
Doordat ik zo gefocust ben op het neerwaarts slaan, kom ik nu dus te steil op de bal in
Clubfitter en -maker Charly gaat mijn set en swing deze maandag onder de loep nemen. Meten is weten, dus pakt hij er maar meteen een meetlat bij. Of ik mijn armen even langs mijn lichaam wil laten rusten, dan kan hij de afstand meten tussen mijn pols en de grond. Charly wijst op de uitkomst: “Kijk, +1 inch geeft-ie duidelijk aan.”
Omdat mijn huidige ijzerset de standaardmaat heeft, kan ik nu twee dingen doen: een nieuwe set aanschaffen of mijn tweedehands Benross-ijzers laten verlengen. Hoe dat werkt, laat Charly hieronder kort zien. “Omdat de shaft hol is van binnen, kan deze worden opgevuld met een verlengbuisje. Dat lijmen we dan vast waarna hij op maat wordt gezaagd.” Kosten? Nog geen 10 euro per club.
Maar zoals wel vaker in golf, ga je het ene mankement maskeren en compenseren met het andere. Zo komt in deze sessie duidelijk naar voren dat ik veel te steil op de bal inkom. Charly wijst naar het scherm met Trackman-cijfers. “Je attack angle is -8,5. Met een ijzer-7 moet die idealiter tussen de -2 en -4 zijn. Dat is ook de reden dat je ballen te laag blijven en je dus afstand verliest. Je zit op 10,2 meter hoogte, terwijl je eigenlijk richting de 20 wil.”
Oef, dit ligt gevaarlijk lekker in de hand
“Ik weet wel hoe dit komt”, zeg ik. “Dit is er ongetwijfeld ingeslopen om het toppen van de bal tegen te gaan. Doordat ik zo gefocust ben op het neerwaarts slaan, kom ik nu dus te steil op de bal in”, leg ik uit. Charly knikt instemmend. "Wij zeggen altijd: overleg dit met je golfpro, Die kan je daar goed bij helpen."
We gaan door. Ik mag nu aanleggen met de Ping G440. "Voor optimale prestaties, maar ook heel vergevingsgezind." Oef, dit ligt gevaarlijk lekker in de hand. Het grootste verschil is dat het clubhoofd veel lichter is, waardoor ik makkelijker snelheid maak.
Na zo’n vijftien geslagen ballen, roept Charly me naar het Trackman-scherm. “Je ziet al een enorm verschil”, zegt hij. “Als ik bij beide clubs de slechte slagen ertussenuit filter, blijft over dat je gemiddeld 16 meter verder slaat met de Ping en dat je spreiding een stuk kleiner is. De ballen gaan veel meer rechtuit.”
Daarna komen nog aan bod: Mizuno 925 hot metal, Taylormade Qi en Callaway Elyte High Launch. Die laatste om makkelijker hoogte te krijgen, maar de vraag is of dat in de nabije toekomst nog geschikt blijft als mijn swing verbeterd is.
De Taylormade en de Ping G440 bevallen veruit het best, met een lichte voorkeur voor die laatste. Kosten? “180 euro per club”, aldus Charly. Ik besluit dat ik voorlopig het geld nog even in de zak houd. Eerst wil ik weleens zien hoe ik het ervan afbreng met verlengde ijzers. In overleg kijken we op een later moment naar de ideale lie angle - eveneens een belangrijk onderdeel van de fitting - zodra mijn swingverandering wat meer 'geland' is met mijn verlengde ijzers.
Eén dag voor mijn volgende les zijn ze klaar en haal ik ze op. Perfecte timing dus, al heb ik er nog geen bal mee geslagen als ik me een dag later meld op de drivingrange van ’t Sybrook. Ik vertel Loed over mijn ijzerfitting en wat er allemaal aan het licht is gekomen. “Goed dat je dit gedaan hebt, al zal het wel weer even wennen zijn met je swing. Maar daar gaan we nu aan schaven!”
Het doel is dus om mijn swing weer wat vlakker te krijgen. Loed hamert, zoals wel vaker, op het naar achteren slepen van de club. “Niet optillen dus, maar van je afduwen. Slepen. Dan kom je vanzelf in de juiste positie terecht in je backswing. En vervolgens moet je inderdaad wel neerwaarts slaan in de downswing, maar dat kun je op verschillende manieren bereiken. Het moet vloeiender bij jou, minder geforceerd. Release, het woord zegt het al: laat de club het werk doen. En denk ook aan wat ik in het begin tegen je gezegd heb; over het door de bal heen slaan.”
Ik moet lachen, want weet meteen waar hij op doelt. Zijn beeldende instructie van een halfjaar geleden komt gelijk weer naar boven. “Een emmer met water gooi je ook leeg in een voorwaartse beweging. Maar wat jij doet, is de emmer volledig over jezelf leegkiepen”, zei hij destijds - en dat is er helaas toch weer een beetje ingeslopen, dat ‘natte pak’.
Luister naar je golfpro, die kent je swing en weet waar het aan schort - in tegenstelling tot alle online goeroes
Ik knoop de aanwijzingen en bijsturingen van Loed in mijn oren. Beetje bij beetje keert zo het goede gevoel terug in mijn swing. Dit wil ik nog even vasthouden, en als ik naderhand nog een half emmertje ballen leeg sla, raak ik ze stuk voor stuk 'geweldig'. Soepel, zonder moeite en kracht. Er gaat weinig boven dat crispy balcontact en dito geluid. De ballen vliegen ook weer een stuk hoger.
“Bedankt, Loed!”, zeg ik oprecht. Ik neem mezelf voor om zijn adviezen nu eens wat beter te onthouden en me minder te verliezen in al die ontelbare instructies op social media. “Alles is waar, maar niet alles is waar voor jou”, zei hij daar al eens over. En hij heeft gelijk. Luister naar je golfpro (als je een goede hebt), die kent je swing en weet waar het aan schort - in tegenstelling tot alle online goeroes. Dit advies zou ik iedere andere beginner willen meegeven. Oja, en een clubfitting kan ook geen kwaad.