MOT: een nieuwe revolutionaire swing?

> Bekijk in de player hierboven hoe de ‘MOT-swing’ eruit ziet.

Moment of truth

Maak van je impactpositie je beginpositie. Dat is het advies van Joost Steenkamer en Michel Put en zo is MOT ook kort samen te vatten. MOT staat voor moment of truth, waarmee gedoeld wordt op het moment van impact, het moment dat de bal geraakt wordt.

Steenkamer verdiept zich allang in alle aspecten van golf, als coach en oud-Tourspeler. “Ik heb eerst een mentale zoektocht gedaan en daar een boekje over geschreven ('Bedankt voor het spelen')”, zegt Steenkamer. “Het mentale aspect is super belangrijk. Maar de zoektocht naar een betrouwbare en herhaalbare swing is een onmogelijke missie zonder perfecte impactvoorwaarden. Daarom ben ik twee jaar geleden een mechanische zoektocht begonnen. Nu hebben we een formule, coördinaten en programma die houvast bieden. Mijn ballstriking en dat van onze pupillen is door MOT betrouwbaarder en constanter geworden.”

Voormalig bondscoach Steenkamer heeft MOT ontwikkeld met een Amerikaanse collega, oud-Tourprofessional en golfswinghistoricus Kevin Michaels. Michel Put heeft zich begin dit jaar laten certificeren door het duo. Put is op dit moment de enige PGA-professional in Nederland die de MOT-formule en -coördinaten kent. “Ik benaderde het korte spel eigenlijk al vanuit de MOT-filosofie, zonder dat ik daar wetenschappelijke bewijzen voor had: starten vanuit een impactpositie. De samenwerking met Joost was voor mij dan ook een logische stap.”

Revolutionair?

Op de range van de Amsterdamse Golfclub laten Steenkamer en Put zien hoe je de MOT-setup inneemt. Bij het adresseren staan hun heupen en de linkervoet opengedraaid naar het doel. De linkerarm kruist het lichaam, de rechterelleboog is dicht tegen de zij. Of MOT een revolutionaire nieuwe leer is die iedereen gaat omarmen, moeten we afwachten maar het duo slaat prachtige ballen. MOT is gebaseerd op technieken uit de wereld van dans, drama en muziek. De pro’s hebben bovendien impactfoto’s en videomateriaal bestudeerd van majorwinnaars zoals Harry Vardon, Sam Snead, Arnold Palmer en Jack Nicklaus. Steenkamer: “Als je foto’s en video’s bekijkt, zie je dat majoroverwinnaars op het moment van de waarheid overeenkomsten hebben, hoe verschillend hun swings ook zijn. Je ziet bijvoorbeeld dat de linkerarm bij impact de borstkas kruist, terwijl dat bij het adresseren nog niet het geval is. De rechterarm is gebogen. De rechteronderarm en de club vormen op impact een rechte lijn. Die lijn bepaalt het vlak, het vlak van perfect geslagen golfballen.” De kern van MOT is een beginpositie – de pro’s spreken van een dynamische beginstand – die hetzelfde is als de gewenste impactpositie. Put: “Die beginstand kan iedereen makkelijk leren. Sta je eenmaal in de gewenste positie, dan hoef je alleen nog maar de motor in gang te zetten: het lichaam bewegen als een draaideur. Eén swinggedachte dus. Een seconde later draaien je lichaam en de club terug door de gewenste positie.” Overigens heeft iedereen, afhankelijk van flexibiliteit, een eigen voorkeursimpactpositie. “Bij de een zijn de heupen verder ingedraaid op het moment van impact dan bij de ander”, zegt Steenkamer. “Mijn vaders impactpositie is anders dan de mijne. Hij doet nu MOT en draait met grote regelmaat terug door de goede positie. Zo komt hij nu veel beter door de bal heen. En hij nadert de tachtig!”

De swing vereenvoudigen

De twee pro’s geloven in MOT omdat de traditionele golfswing veel ruimte laat voor fouten; je bent sterk afhankelijk van timing en de vorm van de dag. “Golfers zoeken naar consistentie, herhaalbaarheid van bewegen”, zegt Steenkamer. “Maar de meeste golfers maken steeds dezelfde fouten: het lichaam schuift tijdens de swing horizontaal of komt omhoog, en de armen raken verwijderd van het lichaam. Disconnection heet dat.” Put: “Om de bal dan toch nog te raken, moet je compenseren met je armen en handen. De fouten ontstaan veelal in de setup en de take away van de traditionele golfswing. Het mooie is dat MOT het gokken, gissen en vooral het jopen van een traditionele golfswing elimineert. We took away the take-away, zoals Kevin Michaels dat zegt.” Steenkamer: “MOT verschilt op meer dan twintig punten van de traditionele golfswing. Gelukkig hoef je daar helemaal niet over na te denken. We hoeven ook niet te wachten tot halverwege de backswing om de club in het juiste vlak te krijgen. Daar zit de club al vanaf het begin. MOT is zoals de Iron Byron, de robot waarmee clubs worden getest. Je benadert de consistentie van deze robot waardoor je swing herhaalbaar, voorspelbaar en betrouwbaar wordt.”

MOT op de Tour

Maar hoe komt het dan volgens de MOT-pro’s dat er veel goede golfers zijn met een traditionele setup en swing? “Ze hebben het zo geleerd en zijn zo goed en trainen zo veel, dat hun impact heel herhaalbaar is geworden,” zegt Steenkamer, “maar zelfs de swing van de beste pro’s is elke dag iets anders.” Creëer je met de MOT-swing wel even veel clubhoofdsnelheid als met een conventionele swing? Ja, zeggen de pro’s. Steenkamer: “De snelheid komt uit de heupdraai. De swing blijft in hetzelfde vlak, het lichaam schuift niet en komt niet omhoog. Er is dus minder energieverlies.” Waarom is er dan nog geen pro op de Tour die de swing begint vanuit de impactpositie? “Die is er nóg niet, omdat MOT nieuw is”, antwoordt Put. “Het zal tijd kosten”, zegt Steenkamer. “Verandering wekt bij veel mensen vaak in eerste instantie weerstand op. Je moet afkicken van je traditionele setup-gewoontes. Die vormen een schijncomfort. Pro’s die het hele jaar door geld moeten verdienen om hun kaart te behouden, gaan die uitdaging niet snel aan, maar als je jezelf committeert, doorzettingsvermogen hebt en lef toont, dan gaat het je lukken!”

Op het moment dat we de range verlaten, komen twee senioren ballen slaan. Ze hebben kort geleden een eerste les in MOT gehad. “We hebben het net geprobeerd op de par-driebaan en ik moet zeggen dat we nog nooit zo veel ballen op de green hebben geslagen”, zegt een van de twee. Ook playing pro Floris de Haas, begin juni winnaar van het PGA Nederlands Kampioenschap Strokeplay, is enthousiast. “Ik vind MOT heel interessant”, zegt De Haas die de opleiding tot teaching pro volgt en via Steenkamer kennismaakte met MOT. “Het heeft mijn ogen geopend. Ik zeg niet dat ik de MOT-swing volledig ga toepassen maar ik ga er wel mee experimenteren en de onderdelen gebruiken die voor mij werken.” De blinde wedstrijdgolfer Ronald Boef is al een tijdje aan het motten. “Een blinde golfer heeft geen oog-handcoördinatie en kan swingfouten dus niet compenseren met zijn armen en handen”, zegt Steenkamer, de coach van Boef. “Dankzij MOT is Ronalds techniek het laatste half jaar enorm verbeterd. Het gaat hem zeker helpen bij het realiseren van zijn sportieve doelen. In 2020 gaat Ronald voor goud wanneer golf in Tokyo onderdeel wordt van het paralympische programma.” De tijd dat je steeds terug moet naar de pro om je golf op peil te houden, is volgens de twee MOT-pro’s verleden tijd. Put: “Met MOT kunnen golfers uiteindelijk zelfstandig een herhaalbare swing ontwikkelen.” Steenkamer: “De feedback die wij krijgen, is dat MOT-sessies verrassend en inspirerend zijn, dat ze bijdragen tot de ontwikkeling van een permanente herhaalbare swing.”

Kijk op motgolf.nl voor meer informatie.