NGF Stappenplan

Low point control

Heb jij controle over het laagste punt tijdens je doorzwaai? Door de diepte te variëren, krijg je een betere controle.

Doel

Je leert het laagste punt van de zwaai (low point) zo te controleren dat je in de bunker ongeveer 2 cm onder de bal door slaat. 
 Uitvoering Kies een vlakke ligging in de bunker op ongeveer 20 meter van de hole met wat afstand tot de bunkerrand.
  • Opdracht 1: sla je bal vanuit een baseline set-up uit de bunker, waarbij je het zand nauwelijks raakt.
  • Opdracht 2: sla je bal vanuit een baseline set-up ‘zwaar’ uit de bunker, waarbij het zandcontact vrij diep is.
  • Opdracht 3: sla je bal vanuit een baseline set-up heel lichtjes uit de bunker, waarbij het zandcontact vrij ondiep is.
Als je de serie begint maak je per opdracht eerst een aantal oefenswings, totdat je drie keer achter elkaar het gewenste zandcontact hebt. Sla daarna je bal met dezelfde intentie. Is het twee keer achter elkaar gelukt? Ga dan door naar de volgende opdracht. Lukt het niet? Blijf dan wat langer oefenen!