Dagboek van een beginner

Als de twijfel bij de beginner toeslaat: 'Mag ik nu wel of niet met de driver slaan?'

Al het begin is moeilijk. Zeker bij golf. Contentmanager Maaike Olde Olthof houdt van 'lekker meppen', maar als groentje op de baan gaat dat met vallen en opstaan. In de rubriek ‘Dagboek van een Beginner’ schrijft ze beurtelings met eindredacteur Roy Heethaar over haar vorderingen en flaters als startende golfer. “Opgesloten op de golfbaan. Hoezo Welcome to the Club?”

Het golfregelexamen is binnen, maar waarom het op deze manier moet is mij een raadsel… Ik snap dat je de etiquette op een golfbaan moet weten. Terecht, want veiligheid staat boven alles. Maar het feit dat ik een vraag fout heb omdat iets niet 1 maar 2 strafslagen oplevert, is niet stimulerend. Veel voorbeelden heb je zelf nog nooit in de praktijk meegemaakt. En waarom mag je niet aan je golfpartner vragen wat je precies fout doet, maar mag je wél z’n afstandsmeter gebruiken of vragen waar de bunker precies is? Wie verzint deze dingen?

Rigoureus anders

Waarom leg je dit examen niet af als iemand al een beetje baanervaring heeft? Start met een korte etiquette-versie voor beginners en ga daarna de diepte in. Geloof me, je jaagt beginners snel weg. En ik snap het wel: misschien was het vroeger een prettig idee voor de golfende doelgroep dat niet iedereen zomaar kon instappen. Maar nu, met de grote natuurlijke uitstroom en jeugd die golf massaal links laat liggen, zou ik het rigoureus anders doen. Maar hé, ik ben slechts een contentmanager die leert golfen.

Het voelt prettiger als de ander ook moppert en stuntelt

Lang verhaal kort: ik ben dus geslaagd. Eigenlijk wil ik meteen door. Hup, dan heb ik mijn praktijk binnen. Maar James, mijn golfprofessional van wie ik al een les of vier heb gehad, is slecht te bereiken. Ik heb prangende vragen. Want hoe nu verder? Heb ik dan ook mijn baanpermissie? En wie bepaalt straks of ik Handicap 54 haal?

Uitnodiging van collega's

Een paar vrouwelijke collega’s nodigen me uit. “Kom met ons mee, we gaan een baan spelen op de Kromme Rijn, kunnen we je handicap bepalen.” Ik heb er zin in. De ontvangst op de club is hartelijk. We starten best laat en de clubmanager zegt: “Jullie zijn de laatsten, ik hoop dat jullie wel voor het donker binnen zijn.” Ik neem aan dat hij een grap maakt.

We zijn met een paar beginners, dus dat is fijn. Het voelt prettiger als de ander ook moppert en stuntelt. Op de eerste hole moet je meteen over water slaan. Die van mij gaat er keurig strak en recht in. Twee meer ervaren collega’s slaan hun bal ver en hoog. Supermooi om te zien, vooral omdat het met een bepaalde rust gaat, die ik duidelijk niet heb. Ik wil graag hard meppen, merk ik.

Maaike mept met de driver

Op hole twee pak ik een tee en mijn club. Achter mij zegt iemand: “Oh, sla jij al met je driver, Maaike?” Huh, denk ik. “Maar we gaan nu toch afslaan? Dat doe je met de driver, zo heb ik dat met James geoefend”, antwoord ik onzeker. Iemand anders zegt: “Geeft niet, maar ik ben zelf nog niet aan de driver begonnen.”

Geïrriteerd

En dan slaat bij mij serieus de twijfel toe. “Mag ik nu wel of niet met de driver slaan? Wat is nu de bedoeling?”, zeg ik licht geïrriteerder dan ik zou willen richting de ervaren vrouwen. Waar is James als ik hem nodig heb, denk ik als een dreinende peuter.

Het is gezellig en na de vierde hole wordt golfen voor mij pas leuk. De bunker is mijn favoriet: ik kan redelijk chippen en pitchen. Onbewust sla ik dus, ook de volgende hole, richting bunker. "Ligt ze weer hoor, in het zand”, zegt iemand gekscherend. Ondanks het oordeel dat ik erin hoor, ben ik blij. Deze bunker ligt dicht op de green. “Ik vind dat er sowieso wat meer respect mag zijn voor het zandelement”, zeg ik bloedserieus als ik een mooie bunkerslag maak.

Als ik de zaklamp op mijn telefoon moet gebruiken om te kijken of ik de putter kan pakken, zegt een van de collega’s: “Het wordt te donker. Laten we teruggaan naar het clubhuis.”

Ik hijg als een paard, want ik heb de conditie van een wijkagent

Ik loop teleurgesteld achter iedereen aan. Ik hijg als een paard, want ik heb de conditie van een wijkagent. De teleurstelling is groot en ik kan me er moeilijk overheen zetten. “Gaan we er nu echt mee stoppen op hole 6?”, vraag ik. “Ja, het is te donker.” De clubmanager maakte dus geen grap. Ik kleed me om en ga nog wat drinken in het clubhuis. Door alle consternatie en gemengde emoties op de baan, ben ik na hole twee vergeten de score op te schrijven. Ik dacht dat iemand anders die ook bijhield.

Ook dat nog...

Het zijn gezellige vrouwen, maar mijn teleurstelling is te groot voor een chitchat. Ik moet nog een uur naar huis rijden, zonder handicap 54 op zak. Ik neem afscheid. Het is pikkedonker om het clubhuis heen, maar het lukt me de auto te vinden. Als ik weg wil rijden stuit ik op een dicht hek dat niet automatisch opengaat. De club waar ik zelf les heb, heeft geen hek of slagboom. Ik draai mijn raam open, misschien kan ik een knop indrukken en een portier bellen. Die knop zit er niet, maar zo te zien is dit beveiligd met een code. Ook dat nog, mopper ik. Opgesloten op de golfbaan. Hoezo Welcome to the Club?

Terwijl een man, die ook richting auto gaat, me helpt met de code neem ik een stevig besluit. Ik golf, tot ik me zeker genoeg voel, alleen met James. Op een baan waar ik weg kan rijden als ik er klaar mee ben en naar huis wil.

Lees meer over
Beginnen met golf Blog Column